Atlético Madrid-spits Memphis Depay was woensdagavond in het Champions League-duel met Internazionale de grote man. De Madrilenen versloegen de verliezend finalist van vorig seizoen na strafschoppen, nadat de wedstrijd mede door een treffer van de Nederlander in een 2-1 overwinning voor de Rojiblancos was geëindigd. Toch blijft de spits zelfkritisch in de aanloop naar het EK, waar hij op de toppen van zijn kunnen wil spelen.
In een interview tegenover het clubkanaal van Atlético gaf de Nederlandse aanvaller zijn oordeel over de wedstrijd en zijn eigen rol. Memphis viel namelijk in de 79ste minuut en scoorde acht minuten later de 2-1, waardoor een verlenging werd afgedwongen. “Ik ben blij dat ik deze manier ben ingevallen. Toch denk ik nog niet dat ik op mijn topniveau zit. Elke dag ga ik naar huis met de gedachte: het moet beter. Hoe doe ik dat, hoe maak ik het team beter? Ik ben namelijk geen normale speler."
De spits nam ook nog even de tijd om wat te filosoferen over zijn eigen imago. “Mensen hebben altijd iets over me te zeggen. Het is altijd goed of juist slecht. Men houdt van me of haat me. Dat is prima, dat heb ik te accepteren. Ik ben geen kind meer; ik ben nu dertig. Dit gebeurde al toen ik zestien was en net kwam kijken, maar het zal waarschijnlijk ook tot mijn dood zo blijven. Dat komt door mijn karakter en de dingen die ik leuk vind buiten voetbal om.”
Atlético en Inter scoorden beide niet in de verlenging en dus was een penaltyserie nodig in dit duel. Daarin werd Jan Oblak, de keeper van de Spaanse ploeg, de held. Memphis had van tevoren al veel vertrouwen in de doelman: “Ik sloeg hem op zijn borst en zei: dit is je moment. Hij heeft ons dit seizoen al vaak gered, maar vandaag was ik zo blij voor hem. Na een penaltyserie winnen, dat is altijd te gek.” Ook het publiek kreeg nog een compliment van Memphis: de aanvaller zei dat ze fantastisch waren en het zonder hen niet gelukt was.
Je moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
Inloggen