Marco van Basten heeft er geen spijt van dat hij, inmiddels alweer bijna tien jaar geleden, een punt heeft gezet achter zijn trainersloopbaan. De voormalig Wereldvoetballer van het Jaar was tussen 2004 en 2008 bondscoach van het Nederlands elftal en stond in de jaren daarna voor de groep bij Ajax, sc Heerenveen en AZ, maar was bij geen enkele club écht succesvol. In de Cor Potcast van FC Afkicken blikt hij terug op zijn periode als trainer.
Van Basten werd in de zomer van 2004 aangesteld als bondscoach van het Nederlands elftal. Daarmee haalde hij het WK van 2006 in Duitsland en twee jaar later het EK in Oostenrijk en Zwitserland, maar beide toernooien eindigden in een flinke teleurstelling. In Duitsland werd Oranje al in de achtste finales uitgeschakeld door Portugal en op het EK ging het, ondanks fraaie overwinningen op Italië en Frankrijk in de groepsfase, mis tegen Rusland.
Ook als trainer van Ajax, sc Heerenveen en AZ bleven echte successen uit. Daarbij moet wel gezegd worden dat hij maar voor een hele korte periode aan het roer stond bij AZ. “Het was een zwaar vak. Je moet heel veel dingen doen”, vertelt Van Basten. “Je hebt een selectie van 26 man en die moet je allemaal serieus nemen. Je moet iedereen heel veel aandacht geven. Je moet trainingen voorbereiden, wedstrijden voorbereiden. Het was écht werken.” Daarin zit wat Van Basten betreft het grootste verschil tussen het vak van trainer en voetballer. “Toen ik voetballer was, dat was gewoon leuk. Dat had niks met werken te maken. Ik zou het bij wijze van spreken ook voor niks hebben gedaan.”
Dat brengt Van Basten bij een gevoelig punt in de voetballerij: het vele geld dat spelers vandaag de dag verdienen. “Al die voetballers verdienen natuurlijk hartstikke veel geld, maar als alle voetballers de helft zouden krijgen, dan zou iedereen ook tevreden zijn. Er is geld zat in de voetballerij, maar iedereen loopt zich druk te maken. De enigen die daar constant over lopen te zeuren zijn de makelaars. Eigenlijk zou het prima zijn als iedereen de helft zou verdienen, waardoor je heel veel geld overhoudt en heel veel dingen anders en beter zouden kunnen.”
Ook trainers strijken tegenwoordig een mooi salaris op. “Dat is gewoon echt een ander vak”, stelt Van Basten. “Het is een hele andere beleving. Ik als voetballer had een heerlijk leven en vond dat prima, maar als trainer werd ik op een gegeven moment echt depressief. Dat was echt… Ik werd gewoon moe, echt moe. Het was goed voor mij om te stoppen.”
Je moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
Inloggen