Na een zeperd bij Turkije en een moeizame overwinning op Letland won Oranje dinsdagavond met 0-7 op bezoek bij Gibraltar. Ook het treffen met de voetbaldwerg uit Zuid-Europa was lang moeizaam, al koesterde bondscoach Frank de Boer de drie punten. Toch wist een groot aantal spelers van Oranje het immer kritische legioen andermaal niet te overtuigen. Er vallen derhalve dus niet al te hoge cijfers in het Oranje-rapport.
Tim Krul – 6
Met een beetje goede wil had de geblesseerde Jasper Cillessen of de voor de derde keer op de tribune zittende Maarten Stekelenburg het doel van Oranje kunnen verdedigen. Krul kreeg namelijk werkelijk waar niets te doen, want de thuisploeg kwam tot geen enkele doelpoging. Ook bij de corner van Gibraltar kwam Krul praktisch niet in actie. Het aansturen van de verdediging was in elk geval wél voldoende.
Denzel Dumfries – 4,5
Koppen blijkt niet de sterkste eigenschap van de rechtsachter van het Nederlands elftal. Als hij het vizier op scherp had staan dinsdagavond, dan stond het Nederlands elftal al na ruim twintig minuten voor. Zijn tegendraadse kopbal ging echter aan de verkeerde kant langs de paal en het was niet de enige ongelukkige actie van de PSV-back, die opvallend veel overtredingen nodig had. De wissel halverwege was dan ook niet verrassend.
Matthijs de Ligt – 6
Gaf in de slotfase nog een paar corners weg, maar deed behalve dat vooral veel goed en was zelf met een kopbal ook nog dicht bij een treffer. Bij het dreigende gevaar van Gibraltar greep hij voldoende in, al hoefde hij eenmaal maar echt in actie te komen. De Ligt zal niet met zware benen terugkeren bij Juventus en daar zal Andrea Pirlo maar wat blij mee zijn.
{image[347029][right-half][]}Daley Blind – 6
Met gevaar voor eigen benen stopte Blind zo ongeveer de enige echte dreiging van Gibraltar. Hij moest het bekopen met een enkelblessure, waarnaar Ajax-trainer Erik ten Hag met een verhoogde hartslag zal hebben gekeken. Dat het een enkel- en geen knieblessure is, kan positief zijn. Laten we voor het Nederlandse voetbal, Oranje én de coëfficiënten, hopen dat de schade enigszins meevalt.
Owen Wijndal – 6,5
Zijn wanhoopspoging halverwege de eerste helft zei meer over het spel van Oranje dan over het optreden van de back van AZ, die deze interlandperiode een vaste waarde was aan de linkerkant. Als de blessure van Blind daadwerkelijk ernstig is, dan kan Wijndal zich vermoedelijk dus ook opmaken voor een basisplaats op het EK. Vooral in de slotminuten liet hij zien daarvoor rijp te zijn: de back had twee panklare assists in huis voor Memphis en Van de Beek.
Frenkie de Jong – 6
Alsof Frank de Boer zijn voorganger Ronald Koeman het succes bij FC Barcelona niet gunt, zoveel speeltijd kreeg Frenkie de Jong deze interlandbreak. Met ruim 270 minuten in de benen keert de middenvelder terug in Catalonië, waar hij zo in bloedvorm was. Dat was hij in dienst van Oranje in geen van de drie interlands, want net als tegen Turkije en Letland kon Frenkie zijn stempel niet drukken op het aanvalsspel van Oranje. Ditmaal was dat overigens ook niet nodig.
Georginio Wijnaldum – 5,5
De aanvoerder van het Nederlands elftal had in de eerste helft drie aardige kansen om de score te openen, maar zag telkens de uitblinkende keeper Coleing in de weg leggen. De middenvelder van Liverpool was niet altijd even zorgvuldig in zijn passes en schoot enkele voorzetjes ook recht in de handen van de keeper van Gibraltar. Ondanks zijn treffer had hij bovendien zeker nogmaals moeten scoren: vlak voor tijd kopte hij geheel vrij de bal nét naast het doel en dat was bijna moeilijker dan tussen de palen.
Davy Klaassen – 5
De middenvelder van Ajax is in dienst van de Amsterdammers behoorlijk effectief, maar na zijn goal in Turkije was het even verderop in Gibraltar allesbehalve zuiver in de afronding wat Klaassen liet zien. In de eerste helft kreeg hij zeker drie grote kansen, die hij in het drukke zestienmetergebied niet tot doelpunt promoveerde. Hij pakte ook nog eens een onnodige (en ietwat goedkope) gele kaart, waardoor het zeker niet de avond van Klaassen was.
{image[347030][left-half][]}Steven Berghuis – 7
Het grootste deel van al het gevaar van Oranje kwam over de rechterkant, via Steven Berghuis. Helemaal toen Gravenberch in het tweede bedrijf in de ploeg kwam. De Feyenoorder opende net als tegen Letland de score en is de eerste speler sinds Memphis in 2017 die dat tweemaal oprij lukt in het shirt van Oranje. Na de hele zwakke interland tegen Turkije heeft de buitenspeler zich gerevancheerd en in De Kuip hopen ze van ganser harte dat hij deze vorm meeneemt naar Rotterdam-Zuid.
Luuk de Jong – 6,5
De roep om Wout Weghorst bestaat nog altijd, maar of dat ten koste moet gaan van de spits van Sevilla wordt wel steeds meer de vraag. Drie interlands op rij kwam de aanvaller namelijk tot scoren en dat is de eerste international sinds Arjen Robben in 2017 die dat lukt. Meer dan dit kon de voormalig PSV'er in elk geval niet doen, al was hij in Gibraltar ook nog een paar keer te betrappen op onhandig buitenspel en een niet-zuivere kaats.
Memphis Depay – 6,5
Twee doelpunten uit 144 balcontacten, zeven schoten en vijf gecreëerde kansen. Net als in de vorige duels was de aanvaller van Olympique Lyon de man die de kar trok bij het Nederlands elftal, maar was hij voor de rots op het kleine eiland opnieuw niet altijd gelukkig. Hielp een grote kans om zeep doordat hij niet op zijn benen bleef staan en was in de combinaties ook niet altijd even zuiver. En zijn vrije trap zal vermoedelijk ook niet worden genomineerd voor de Puskás-award…
Ryan Gravenberch – 6,5
Frenkie de Jong en Georginio Wijnaldum lijken hun plekje in Oranje verzekerd, maar het megatalent van Ajax gaat zich richting het EK zeker mengen in de strijd om een basisplaats. Viel voor de derde interland op rij in en deed dat ondanks zijn onnodige gele kaart uitstekend. De Boer overwoog hem aan de aftrap te zetten, om Berghuis vanaf rechts vaker weg te sturen. Toen hij dat halverwege alsnog deed, zag hij dat het beter vanaf de aftrap had gekund. Gravenberch speelde namelijk zijn beste interland tot dusver.
Donyell Malen – 6,5
De noodgedwongen wissel van Blind zorgde paradoxaal genoeg voor de ommekeer in de wedstrijd. Nederland schoot in de tweede helft sowieso 16 keer (10 op doel) en dat was mede dankzij de inbreng van Malen, die naast zijn typische spitsengoal bijna nog een keer scoorde, maar toen rakelings naast schoot. Zoals tegen Turkije al bleek: Malen is geen linksbuiten, maar veel gevaarlijker in de spits.
Donny van de Beek
Speelde te kort voor een beoordeling
Ryan Babel
Speelde te kort voor een beoordeling
Calvin Stengs
Speelde te kort voor een beoordeling
Je moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
Inloggen