Real Madrid heeft FC Barcelona onttroond als kampioen van Spanje. Het elftal van Zinedine Zidane verzekerde zich donderdagavond van de 34ste landstitel door tegen Villarreal de tiende overwinning op rij te boeken: 2-1. De zege bleek achteraf niet eens nodig te zijn, omdat FC Barcelona met het schaamrood op de kaken verloor van Osasuna (1-2).
De landstitel is het resultaat van een uitmuntende reeks na de coronastop. Real kwam fris en fit voor de dag, in tegenstelling tot de rivaal uit Catalonië. Boze tongen uit Barcelona beweren ook dat de Koninklijke werd geholpen door de arbitrage. Feit is dat Real nauwelijks te passeren bleek. Sinds de hervatting hoefde Thibaut Courtois slechts drie keer te vissen. Hoe anders hing de vlag erbij in de periode voordat het coronavirus de wereld in zijn greep kreeg.
Real presteerde uiterst grillig en wist maar niet een fatsoenlijke reeks neer te zetten. Zo waren er nederlagen tegen Real Mallorca, Levante en Real Betis en stelden ook de remises tegen Real Valladolid, Villarreal, Athletic de Bilbao en Celta de Vigo teleur. Omdat Barça ook pieken en dalen kende, was het bovenaan vaak stuivertje wisselen. In de laatste wedstrijd voor de coronastop verspeelde Real de koppositie nog door een nederlaag te lijden bij Real Betis, terwijl de Koninklijke een paar dagen eerder nog zegevierde in El Clasico.
In juni bleek die grilligheid als sneeuw voor de zon verdwenen. Real bond iedere tegenstander aan de zegekar en zag Barcelona stuntelen tegen Sevilla (0-0), Celta de Vigo (2-0) en Atlético Madrid (2-2). Tevens hoorde Real genoegzaam aan hoe het in Barcelona ook buiten de lijnen ernstig bleef rommelen. Voor Real waren dat voldoende ingrediënten om de 34ste landstitel in de wacht te slepen. De afgelopen weken gaf Real Barça geen moment de indruk dat er nog een derde titel op rij in het vat zat. Ook vanavond niet.
Net als in de voorgaande duels, speelde Real oerdegelijk en gaf het achterin niets weg. Daarbij moet gezegd worden dat Villarreal geen enkele moeite deed om het de thuisploeg moeilijk te maken. El Submarino Amarillo was voor vandaag nog niet verzekerd van Europees voetbal, maar had van tevoren al besloten dat een stunt in Madrid niet reëel was. Villarreal verscheen met meerdere reservespelers aan de aftrap. Real opende de score door te profiteren van balverlies op het middenveld van Villarreal. De gastheren schakelden snel om en schoot Karim Benzema op aangeven van Luka Modric en door de benen van doelman Sergio Asenjo raak.
Barcelona
Even daarvoor keek Barcelona, waar de weer fitte Frenkie de Jong, Luis Suarez en Sergio Busquets op de bank zaten, al tegen een achterstand aan. Na mistasten van Gerard Pique liet Jose Arnaiz kansloos. In de tweede helft dacht Barça het tij nog te keren. Messi schoot een vrije trap fraai binnen en kwam Osasuna ook nog eens met tien man te staan. Maar in blessuretijd bezorgde Roberto Torres de Catalanen een nog grotere kater: 1-2.
Real hobbelde in de tweede helft rustig verder richting de titel. Meest noemenswaardig moment werd de penalty voor de Madrilenen. Sergio Ramos en Benzema hadden een Cruijffiaanse penalty afgesproken, maar hielp de Fransman die om zeep door te vroeg in te lopen. Arbiter Alejandro Hernandez vond dat de penalty opnieuw moest worden genomen en schoot Benzema zonder fratsen alsnog raak.
Uit het niets kwam de zege voor Real ook nog even in gevaar. In de slotfase kopte Vicente Iborra de aansluitingstreffer in de verre hoek achter Courtouis en moest de Belg even later de bal nog van de lijn halen. In blessuretijd dacht invaller Marco Asensio nog voor definitieve beslissing te zorgen. Die treffer werd geannuleerd door de VAR, maar niemand bij Real die daar nog om maalt. Een paar seconden laten klonk het eindsignaal en barstte het feest los.
Je moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
Inloggen