Ook in coronatijd gaat het onderzoek naar de Beneliga volop door. De zes Nederlandse en vijf Belgische clubs die het project dragen, worden de komende tijd bijgepraat door onderzoeksbureau Deloitte. Zij krijgen in de gesprekken de onderzoeksresultaten van fase drie te horen.
Een van de clubdirecteuren laat dat weten aan de NOS. De resultaten zijn een gedetailleerde uitwerking van de financiële en juridische gevolgen. Eerder bleek al dat clubs er financieel op vooruit gaan. "Ik ben benieuwd wat we te zien krijgen. We willen alles zo concreet mogelijk uitgewerkt hebben, zodat we uiteindelijk goed gemotiveerd ja of nee kunnen zeggen tegen dit idee", klinkt het.
Lees terug: Beneliga weer stap dichterbij: onderzoek gaat nieuwe fase in
De plannen voor een gezamenlijke competitie zijn al lang geen proefballon meer. De NOS en Het Nieuwsblad hebben een werkdocument in handen dat ook bij de clubs ligt. Daarin staat onder andere beschreven dat een eventuele Beneliga hoopt zeven Europese tickets te verdelen. De uiteindelijke gedachte achter samengaan is het gat dichten richting de grote landen. De vijfde plaats achter de grote competities (Engeland, Spanje, Italië en Duitsland) vormt de stip op de horizon.
Ajax, Feyenoord, PSV, AZ, FC Utrecht en Vitesse zijn in Nederland de initiatiefnemers. Vanuit België nemen AA Gent, Anderlecht, Club Brugge, Racing Genk en Standard Luik het voortouw. Hoewel de plannen serieuzer dan ooit lijken, blijven er veel hindernissen op de weg. Supporters zijn bijvoorbeeld niet heel positief en ook de UEFA zal een Beneliga goed moeten keuren.
Volgens het huidige voorstel zou de Beneliga bestaan uit 8 Belgische en 10 Nederlandse clubs. De 16 overblijvende Belgische profclubs vormen dan de nieuwe Jupiler League die speelt om de “Belgische titel” en promotie. De Proximus League verdwijnt. Alvast een positief neveneffect.
— Bart Lagae (@BartLagae) June 13, 2020
Je moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
Inloggen