Manders: "In Zeist gebeurde voor mijn gevoel te weinig"

De functie als Eredivisie paste toch niet helemaal bij de ambities van Mattijs Manders. Daarom maakte hij vorige week de overstap naar NAC Breda, waar Manders Luuc Eisenga zal opvolgen. Als Eredivisie-directeur hield Manders het nauwelijks twaalf maanden vol. "Ik heb lang nagedacht over die functie, maar blijkbaar niet lang genoeg", zegt Manders

"Dat had ik al snel in de gaten. Ik zat in een prachtige statige villa in Zeist met reeën die door de tuin liepen, maar er gebeurde voor mijn gevoel te weinig. Je staat te ver van het echte vuur af", zegt de Brabantse Hagenaar tegen BN/DeStem. Voordat hij in Zeist neerstreek, stond Manders aan het roer in Den Haag. "Bij ADO Den Haag heb ik 3,5 jaar een uitstekende tijd gehad en had er tien jaar kunnen blijven. Maar ik merkte bij ADO dat het cultuurverschil en de verwachtingen vanuit China niet altijd in lijn lagen met de Haagse belangen. Ik benadruk wel graag nog even dat ik na een moeizame start altijd uitstekende contacten heb gehad met de heer Wang van eigenaar UVS. Ik ben een clubman. De dynamiek, hectiek, spanning, stress die erbij hoort, heb je niet in Zeist. Dat miste ik."

Daar hoeft Manders bij NAC niet over in te zitten. "NAC is van iedereen in Breda, de club is niet niveau- of wijkgebonden. Als je in Breda woont, hou je van NAC. Het is onderdeel van het sociale leven. In veel steden wordt NAC gezien als een club die het goed voor elkaar heeft met een trouwe achterban die passie uitstraalt. Het pure voetbal, een beetje Engels. Bier drinken en k.. roepen, daar draait het bij NAC om. (…) De NAC-supporter is kritisch en heel veel mag hier niet ben ik al achter. Geen mascotte, geen jingles, van de LED boarding moet je eigenlijk vanaf blijven. Liever geen schermen. Maar ja, we moeten wel geld verdienen."