Bert van Marwijk vindt dat de coronacrisis in het voetbal niet onderschat mag worden. De voormalig bondscoach van het Nederlands elftal stelt dat ook de voetballerij de hulp moet krijgen die het verdient. Daarnaast zou de trainer wél kijken naar de mogelijkheden om op een verantwoorde manier nog uit te voetballen. 'We moeten gewoon zoeken naar de juiste en veilige manier om daar mee om te gaan.'
Dat schrijft hij in zijn column in De Telegraaf. 'Topvoetbal heeft een belangrijke voorbeeldfunctie. Je kunt het niet los zien van al die vaders, moeders en kinderen die betrokken zijn bij de 3000 verenigingen en ruim 64.000 teams die dit land telt. Ze houden van een sport die veel meer vervult dan alleen een sociale en economische rol', stelt Van Marwijk. Volgens hem zou de voetballerij zeker niet onder mogen doen voor bijvoorbeeld de kunst- en cultuursector.
En dat er in de voetballerij alleen maar goedbetaalde profs rondlopen die wel een paar maanden zonder inkomsten kunnen, is ook nonsens. 'Voor veel mensen is professioneel voetbal iets geworden waartegen je vandaag de dag makkelijk kunt schoppen. Het is echter een beeld dat zwaar vertekent. Voetbal is een bedrijfstak met een heel brede onderkant en een smalle top. In die top worden, net als in zoveel andere bedrijfstakken, topsalarissen verdiend, maar dat is totaal niet maatgevend voor die brede onderkant.'
Voor Van Marwijk is de voetballerij niet het eerste dat morgen weer opgestart moet worden als dat mag, maar kijken naar de mogelijkheden om uit te spelen en de schade te beperken, zou in zijn ogen wél goed zijn. 'De veiligheid blijft voorop staan. Maar intussen verdient ook het voetbal vanwege het maatschappelijk belang, net als het theater en al die andere culturele activiteiten, de hulp die het nodig heeft om het hoofd boven water te houden in deze periode. En er moet serieus worden onderzocht wanneer en vooral op wat voor veilige manier er wel weer een vorm van competitie kan worden opgesteld.'
Je moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
Inloggen