Met Virgil van Dijk, Georginio Wijnaldum en Frenkie de Jong kent Nederland momenteel genoeg sterren die in het buitenland wekelijks de sterren van de hemel spelen. Dit zijn voorbeelden van spelers die wij ook op vreemde bodem op de voet volgen. Toch bestaat er ook de andere kant van de medaille en zijn er talloze voorbeelden van Nederlanders die hun buitenlandse avontuur minder succesvol zien uitpakken. FCUpdate.nl pikt er een paar uit en nam ze onder de loep.
Onlangs waren zij weer even terug in Nederland om afscheid te nemen van 'hun' publiek: Tonny Vilhena en Guus Til. Twee middenvelders in de Russische Premier Liga. Te beginnen met de altijd goedlachse en nuchtere Til. Hij maakte op zijn negentiende zijn debuut en groeide al snel uit tot een vaste waarde bij AZ en werd daar uiteindelijk ook aanvoerder. Na zijn twaalf doelpunten in één Eredivisie-seizoen werd hij voor maar liefst achttien miljoen euro verkocht aan Spartak Moskou. Maar daar is hij niet op zijn plek, zo sprak hij zelf ook (in gesprek met AZ TV). "Ik moet nog wennen. Het is hier allemaal heel groot en ik ben klein en knus gewend", zei hij. De club werd vorig jaar vijfde, maar bungelt nu onderaan de middenmoot op plek tien. De trainer werd er al uitgegooid en Til is lang niet altijd zeker van een basisplaats. De sympathieke middenvelder mocht in maart 2018 debuteren voor Oranje, maar kwam hierna nooit meer in de plannen van Koeman voor. En daar lijkt voorlopig ook geen verandering in te komen…
Vilhena op zijn plek?
Die andere Nederlander in Rusland vergaat het in de competitie in ieder geval een stuk beter. Ras-Feyenoorder Tonny Vilhena groeide op bij Feyenoord, maakte daar ook zijn debuut in 2012 en was gedurende zeven jaar een vaste kracht bij de Rotterdammers. Hij maakte in 2016 onder Danny Blind zijn debuut in Oranje tijdens de oefenwedstrijd tegen Oostenrijk. Onder Ronald Koeman was de middenvelder van Feyenoord eigenlijk wel een zekerheidje in de selectie, totdat hij in de zomer naar het Russische Krasnodar FK trok. Een rivierstad op zo'n 1250 kilometer van Moskou. De club werd vorig seizoen derde in de Russische competitie en betaalde een slordige twaalf miljoen voor Vilhena. Vanaf het begin van het seizoen veroverde hij een basisplaats en stond hij in zeventien van de negentien wedstrijden aan de aftrap en scoorde tweemaal. De andere twee wedstrijden moest hij missen vanwege schorsingen. Mede door zijn goede optredens staat de ploeg op een puike tweede plaats. Ook in de Europa League miste Vilhena geen minuut en maakte hij één goal. Ondanks zijn basisplaats kan hij dus niet meer rekenen op een plek in de selectie van Oranje. Moet Vilhena voor een transfer gaan naar een club dichterbij (ook voor Koeman) huis of is hij simpelweg niet goed genoeg voor een plek bij het Nederlands elftal?
Waar is de Bruno van 2014?
Van onbekende Rusland naar het voetbalgekke Engeland. Want ondanks dat de Engelse competitie volop aandacht geniet in Nederland – in tegenstelling tot Rusland – zijn er ook daar Hollandse jongens actief van wie al lange tijd niks is vernomen. Neem Bruno Martins Indi. De man die op het WK van 2014 samen met zijn toenmalige ploeggenoot bij Feyenoord Stefan de Vrij een ijzersterk blok vormde in de vijfmansverdediging van Louis van Gaal. Hij maakte een transfer naar FC Porto, begon daar uitstekend, maar maakte na twee seizoenen de overstap naar Stoke City. Daar speelde hij twee seizoen in de Premier League, alvorens hij degradatie in het tweede jaar ook niet kon voorkomen. Hierna ging het voor zowel de club als Martins Indi bergafwaarts. De club met een stadion van 30.000 man is van middenmoter in de Premier League afgezakt naar een degradatiekandidaat in de Championship. Martins Indi wisselt basisplaatsen af met wedstrijden op de bank zonder minuten en is geen schim meer van die verdediger in 2014. Komt de 27-jarige verdediger – en Stoke City – ooit nog uit het slop?
We blijven nog even in Engeland. Ongeveer een maand geleden was daar ineens een teken van leven. Niemand minder dan Marco van Ginkel keerde terug op het trainingsveld van Chelsea. Hij werd in zijn tijd bij Vitesse en PSV geselecteerd voor Oranje en kwam tot interlands. Hij moest samen met Georginio Wijnaldum het toekomstige middenveld van Nederland vormen. Het carrièreverloop van de twee kon echter niet meer uiteenlopen dan dat het uiteindelijk heeft gedaan. Wijnaldum groeide uit tot een internationale topmiddenvelder en won de Champions League, waar Van Ginkel van blessure tot blessure verpieterde in de revalidatiecentra. De eerste stappen op het veld voelden als een zege voor hem, al bestaat er nog altijd onduidelijheid over zijn toekomst. Zijn contract loopt nog tot de zomer van 2020.
Een kleine zeventig kilometer van Van Ginkel vandaan vinden we nog een Nederlander waarvan al geruime tijd niks meer van vernomen is. Maarten Stekelenburg bij Everton. Hij was jaren de vaste doelman van Oranje en beleefde in 2010 een geweldig WK. Alleen de poging van Andrés Iniesta was hem te machtig in de finale tegen Spanje. De doelman is dan wel bijna twee meter lang, opvallen doet hij niet bij Everton. Voor de laatste officiële wedstrijd van Steek moeten we terug naar oktober 2018, toen keepte hij negentig minuten in de met penalty's verloren League Cup-wedstrijd tegen Southampton. Met Jordan Pickford - de nummer één van het nationale elftal van Engeland – kent hij ook geweldige concurrentie. Met zijn 37 jaar denkt Stekelenburg misschien al wel aan zijn pensioen. Wij zullen hem dan ook voor altijd herinneren als de doelman die een majestueuze redding in huis had op het schot van Káká in de kwartfinale van het WK 2010 waardoor Nederland uiteindelijk doorging.
Duo bij Huddersfield
Ploeggenoot Bacuna timmert juist aardig aan de weg en was dit seizoen bij ruim een kwart van de doelpunten van Huddersfield betrokken. De middenvelder afkomstig uit de jeugdopleiding van FC Groningen is nog maar 22 jaar en speelde ook al één interland voor de nationale ploeg van Curaçao. Het nationale elftal wist zich knap te plaatsen voor de prestigieuze Gold Cup van 2021 en Bacuna hoopt er dan ook vast bij te zitten. Hij is in ieder geval op de goede weg. Wat brengt de toekomst voor deze twee heren?
Met Marko Vejinovic, Ben Rienstra, Henk Veerman en Mats Seuntjens zijn er nog talloze voorbeelden van Nederlanders die volledig van de radar zijn verdwenen. Zullen al deze verloren zonen ooit nog terugkeren op de radar of raken zij definitief uit beeld?
Je moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
Inloggen