Oranjevrouwen naar halve finale én Olympische Spelen in Tokio

Het Nederlands elftal heeft in een bloedheet Valenciennes de halve finales van het WK weten te bereiken. Na een zeer moeizame eerste helft kwam Oranje pas na rust los. De Leeuwinnen legden een dusdanig overtuigende tweede helft op de mat dat Italië er totaal niet meer aan te pas kwam. Vivianne Miedema brak de ban met een uitstekende kopbal, waarna Stefanie van der Gragt aan alle twijfels een einde maakte: 0-2. Door de zege in de kwartfinale van het WK is naast plaatsing bij de laatste vier van de mondiale eindronde ook deelname aan Tokio 2020 een feit.

Lieke Martens was lang een twijfelgeval voor de kwartfinale, maar werd op het laatste moment en met een aangepaste warming-up toch fit genoeg bevonden om te starten. Dat ze fit was bewees Martens direct, want ze was de aanjaagster van een goed startend Nederland. De Leeuwinnen pakten van meet af aan het initiatief, maar waren ondanks een duidelijk veldoverwicht niet in staat gevaar te stichten. Italië gaf achterin weinig weg en de weinige ruimte die er wel lag leverde nooit echt dreiging op. Met name voorzetten van de flanken waren erg slordig, waardoor van Nederlandse doelkansen in het eerste half uur nauwelijks sprake was.

Bondscoach Sarina Wiegman greep tijdens de rust niet in met wissels, maar moet in de kleedkamer klare taal hebben gesproken. Haar speelsters kwamen namelijk bijzonder fris uit de kleedkamer. Met name Shanice van de Sanden leek haar vormdip van voor de rust van zich af te hebben geschud, want van haar voet kwamen in korte tijd drie gevaarlijke voorzetten. Ook Martens meldde zich enkele keren voor het doel van Giuliani, maar was onzorgvuldig in de afronding. De grootste kans in de openingsfase van het tweede bedrijf kwam zodoende van Daniëlle van de Donk, die na de perfecte controle en een heerlijk schot de bal op de lat uiteen zag spatten.

Italië moest definitief haar meerdere erkennen in Nederland en gaf ontzettend veel ruimte weg, waardoor het wachten was op een volgende treffer. Die treffer kwam er tien minuten voor tijd en opnieuw ging er een standaardsituatie aan vooraf. Het was ditmaal Stefanie van der Gragt, die uit een vrije trap met haar hoofd voor de beslissing zorgde: 0-2.

Het elftal van Wiegman zorgt met de zege voor een unieke prestatie. Niet alleen plaatst het zich voor de halve finale van het WK, de dames mogen zich ook gaan opmaken voor de Olympische Spelen van Tokio volgend jaar. Dat is echter voor later, eerst wacht komende woensdag de winnaar van het duel Duitsland – Zweden (vanavond om 18.30).

Opstellingen

Italië: Giuliani; Guagni, Gama, Linari, Bartoli (46. Boattin); Galli, Giugliano, Cernoia; Bergamaschi (75. Serturini), Giacinti, Bonansea (54. Sabatino)

Nederland: Van Veenendaal; Van Lunteren, Van der Gragt (87. Dekker), Bloodworth, Van Dongen; Groenen, Spitse, Van de Donk; Van de Sanden (56. Beerensteyn), Miedema (87. Roord), Martens