De rapportcijfers van Nederland tegen Bulgarije

Het Nederlands elftal herpakte zich zondag met een 3-1 winst op Bulgarije van de vernederende 4-0 nederlaag in Frankrijk, maar het WK bereiken blijft door de riante winst van Zweden in Wit-Rusland (0-4) een zeer lastige missie voor de brigade van Dick Advocaat. We sluiten deze interlandperiode af met ons gebruikelijke spelersrapport, dat we na elke interland opstellen.

Jasper Cillessen: 5,0

Kenny Tete: 6,0

Was tegen Frankrijk nog niet fit genoeg voor een basisplek, maar kon wel weer zijn opwachting maken tegen de Bulgaren. Tete is eigenlijk altijd vrij 'steady', ook tegen Bulgarije. Aan de bal doet de rechtsback weinig gekke dingen, waardoor hij aanvallend niet zo bepalend was als Daley Blind. En als Tete dan toch in de positie komt om een voorzet te geven, is deze niet altijd even zuiver. Na een kwartier zat de rechtsachter mis bij de kopbal van Kostadinov op de paal en vlak daarna leed hij balverlies met een slechte pass door het midden. Dat maakt zijn beoordeling niet hoog, ondanks het feit dat hij veel (kop)duels won.

Stefan de Vrij: 6,0

Begon meteen met een matige crosspass, iets wat tegen Frankrijk ook een paar keer misging. Was tijdens zijn 33ste interland wel sterk in de duels. Voor De Vrij is het zaak om dit jaar uit te groeien tot een vaste waarde in Oranje. De Lazio-stopper heeft de potentie om een rots in de branding te worden in de defensie en liet dat tegen Bulgarije af en toe zien.

Wesley Hoedt: 6,5

Daley Blind: 8,5

Was de man van de wedstrijd. Waar Blind tegen Frankrijk gelaten oogde, was hij nu gretig en belangrijk. Tekende voor twee assists en is daarom de speler met de meeste assists in Oranje sinds 2014: acht stuks. Eerst gaf hij na een fraaie combinatie met Vincent Janssen de assist bij de 1-0, zijn tweede assist kwam voort uit een pass van Quincy Promes. Na Blinds lage voorzet werkte Arjen Robben de 2-0 binnen.

Georginio Wijnaldum: 6,0

Startte met slordig balverlies en een foutieve pass, waarmee hij de lijn van zijn matige spel tegen Frankrijk aanvankelijk doortrok. Wijnaldum nam na de moeizame beginfase niet veel risico meer. Dat zorgde ervoor dat hij weinig balverlies had, maar dat hij ook niet echt een opening forceerde. Met Blind is Wijnaldum de enige speler die bij elke WK-kwalificatiewedstrijd in de basis begon, maar de middenvelder is in Oranje nog niet altijd de Wijnaldum van Liverpool.

Tonny Vilhena: 6,0

Kreeg door de schorsing van Kevin Strootman zijn kans in de basis, nadat hij tegen Frankrijk al een helft mee mocht doen. Speelde zoals van hem verwacht mag worden, fel en gedreven, maar kon zich in balbezit niet echt onderscheiden. Aan Vilhena de taak om de komende tijd steeds meer speelminuten in het Nederlands elftal te forceren.

Davy Pröpper: 8,0

Arjen Robben: 6,5

Robben speelde een wedstrijd met goede en slechte momenten. De aanvoerder van Oranje had Pröpper bijvoorbeeld in stelling moeten brengen in de eerste vijf minuten. Mist nog wat ritme en dat is ook niet gek, omdat hij dit seizoen pas 119 minuten meegespeeld heeft bij Bayern München. Robben was wel verantwoordelijk voor de 2-0, uit een goede pass van Blind. Bewonderenswaardig was dat Robben veel energie steekt in het opzwepen van publiek en medespelers en dat de captain na afloop als enige het publiek uitgebreid bedankte.

Vincent Janssen: 5,5

Quincy Promes: 6,5

Heeft de meeste minuten in de benen bij zijn club (Spartak Moskou) en dat is te zien op het veld. De linksbuiten was al het 'minst slecht' tegen Frankrijk en leverde tegen Bulgarije opnieuw een prima wedstrijd af. Promes stond met een geweldige schijnbeweging aan de basis van de 1-0 en noteerde met zijn uitstekende voorzet op het hoofd van Pröpper een assist.

Marco van Ginkel speelde te kort voor een beoordeling.

[photo,108540,left,]