Feyenoord heeft de volgende horde naar het prolongeren van de landstitel genomen. In een wedstrijd met een bedenkelijk niveau won de landskampioen uiteindelijk met 0-1 van stadsgenoot Excelsior. De thuisploeg kwam enkele keren dichtbij een doelpunt via dode spelmomenten, maar kwam niet tot scoren. Hierdoor had Feyenoord genoeg aan één opleving van Tonny Vilhena en Jean-Paul Boëtius in de eerste helft.
Op de plek waar Feyenoord vorig jaar kampioen had kunnen worden, werd in de eerste helft van beide kanten een rommelige pot voetbal tentoongesteld. Er werd veel geopteerd voor de lange bal, en beide ploegen leden veel balverlies. Feyenoord pakte na een kwartier de overhand, en dit resulteerde al snel in een treffer. In de negentiende minuut begon Vilhena aan een mooie slalom, en gaf hij de bal mee aan zijn teruggekeerde maatje Boëtius. De vleugelspeler wist wel raad met de steekpass, en schoof met zijn linkerbeen hard de 0-1 tegen de touwen.
Het spelbeeld veranderde na rust amper: het spel was slordig, lag vaak stil en goede aanvallen waren schaars. Boëtius had namens Feyenoord enkele schoten in huis, maar die misten allen richting. Excelsior creëerde voornamelijk gevaar via standaardsituaties, en kwam via Wout Faes, Jurgen Mattheij en Milan Massop tot driemaal toe tot een schot op doel, maar Brad Jones werd het niet moeilijk genoeg gemaakt.
De minuten tikten weg en ook toen Excelsior steeds aanvallender ging spelen kwam het niet tot kansen uit open spel. Voor de supporters van Feyenoord bleef het door de geringe voorsprong billenknijpen tot het einde, maar hun club gaf de overwinning niet meer uit handen. De regerend landskampioen kan dus drie punten bijschrijven, terwijl het alles behalve overtuigend voetbal op de mat legde.
[photo,108191,left,]
Je moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
Inloggen