Bosz over Gudelj-situatie: "Heb dit nog nooit meegemaakt'

Tijdens zijn eerste halfjaar als trainer van Ajax moest Peter Bosz meteen laten zien wat hij waard was, toen Nemanja Gudelj begin november liet weten dat hij niet meer op de bank wilde zitten bij de ploeg uit Amsterdam. Die situatie was compleet nieuw voor de oefenmeester, zo geeft hij toe. 

Gudelj liet aan Bosz weten dat hij het niet meer kon opbrengen om wisselspeler te zijn. "Dat heeft me ook heel erg verbaasd", blikt de trainer terug tegenover Voetbal International. "Een speler die zegt: "Ik kan het niet meer opbrengen". Ik had dit nog nooit meegemaakt, en niemand in de staf, ook een ervaren collega als Hennie Spijkerman niet. Mijn eerste reactie was direct: dat kan ik niet accepteren. Lijkt me ook logisch. Als ik het bij hem zou toestaan, dat hij alleen als basisspeler ingezet mag worden, hoe denk je dat de rest reageert? Dan zijn er meer spelers die zeggen: laat mij ook maar weten als ik weer basisspeler ben. Iedereen snapt dat dit niet kan."

De keuze van Gudelj kwam als een complete verrassing voor Bosz. "Ik vind Nemanja een prima gozer en heb in die maanden ook uitstekend met hem samengewerkt", zegt de trainer. "Daarom verbaasde het me helemaal bij hem. Als hij nou een etterbak zou zijn die altijd loopt te piepen, zou ik zeggen: prima, we gaan verder. We hebben hem ook nog even de kans gegeven om op zijn besluit terug te komen. Hij maakte het bij ons bekend, waarna hij anderhalve week met Servië weg was. Toen hij terugkwam, zijn Hennie Spijkerman en ik opnieuw met hem gaan zitten. We hoopten dat hij er anders tegenaan zou kijken, maar hij dacht er nog exact hetzelfde over. Ik heb hem nog gewaarschuwd. Voor de reacties van buitenaf, voor andere clubs, die dit gedrag zien. Maar hij was gedecideerd."

Overigens weerlegt Bosz het gerucht dat hij Gudelj beloftes over een basisplaats had gedaan. "Dat is gelogen, dat is absoluut onwaar! Ik heb nooit iets beloofd, dat kan ik niet. Hoe kan ik nou tegen Gudelj zeggen: "Jij speelt." Dat kan ik toch niet zeggen. Het idee alleen al. Die geluiden kwamen ook bij mij binnen. Ik heb dat ook gevraagd aan Neno, in het tweede gesprek. Hij zei: "Trainer, ik kan uitstekend met u opschieten. Dat heeft daar niets mee te maken. Ik kan dit gewoon niet opbrengen. Ik vind dat ik moet spelen, dat ik beter ben dan de jongens die nu spelen."