Na de interlandbreak gaat het clubvoetbal dit weekend weer verder. FCUpdate.nl werpt voor de hervatting een blik op de Ligue 1, waarin OGC Nice tot dusver de verrassende koploper is. De club van trainer Lucien Favre en het uitblinkende 'enfant terrible' Mario Balotelli pakte maar liefst 29 punten in 12 wedstrijden: drie punten meer dan de nummers twee en drie AS Monaco en titelverdediger Paris Saint-Germain. Hoe komt dit?
Nice wordt door meerdere mensen al omschreven als 'het Leicester van Frankrijk'. Maar die vergelijking doet de Franse koploper eigenlijk tekort. De club uit de Franse badplaats komt namelijk niet vanuit het niets opzetten. Het is al jaren bezig aan een opmerkelijke opmars. Met een mix van een goed en gericht transferbeleid en het opleiden van eigen jeugdproducten is Nice een voorbeeld voor veel Europese middenmoters.
Kampioenschappen
Nice bleek echter niet in staat om stand te houden als Franse topclub. Sterker nog: in de dertig jaar die na het laatste kampioenschap volgden degradeerde de club twee keer uit de Ligue 1. In 1991 zag het er zelfs zo slecht uit voor de club, dat het er even op leek dat een faillissement niet langer kon worden voorkomen. Op het laatste moment werd Nice echter gered door de nieuwe voorzitter André Bois. Sportief werd het er echter nog niet beter op, waardoor vijf jaar later opnieuw degradatie het lot was.
Promotie
In het seizoen 2002/2003 promoveerde Nice naar de Ligue 1, maar die promotie kwam pas op het laatste moment tot stand. Vanwege financiële problemen weigerde de Franse bond de club namelijk in eerste instantie een licentie te geven. Maar de promotie kwam er en sindsdien wisten de Zuid-Fransen altijd uit de gevarenzone te blijven. Meestrijden om de prijzen zat er echter nooit in. Een achtste plaats in 2006 en 2008 was de hoogste notering. Sinds het seizoen 2012/2013 zit er een stijgende lijn in bij de club. De financiële problemen zijn inmiddels verleden tijd en sinds 2016 is de club voor tachtig procent in handen van een groep van Chinese en Amerikaanse investeerders. Met een begroting van 33 miljoen euro lijkt Nice nauwelijks te kunnen concurreren met grootmachten als AS Monaco (160 miljoen) en PSG (525 miljoen), maar de club bewijst absoluut dat het daar creatief mee om kan gaan.
De geruchten bleven aanhouden en in augustus tekende Balotelli daadwerkelijk tot medio 2018 bij de Franse club. Hij zag het als zijn laatste kans en wilde er vol voor gaan. En de Italiaan lijkt zijn woord te houden. Met zes doelpunten in zes competitieduels heeft hij een groot aandeel in het huidige succes van Nice. We zagen ook af en toe een glimp van de oude Balotelli, zoals toen hij zijn ploeg in de slotminuten de overwinning bezorgde tegen Lorient en daarna binnen vier minuten twee gele kaarten wist te pakken. Maar wanneer de spits genoemd wordt in de media, is dat weer eens vanwege zijn spel in plaats van de zoveelste rare actie. Overigens werd zijn tweede gele kaart tegen Lorient geseponeerd door de Franse bond.
Gedurfd transferbeleid
Dat Nice niet bang is om spelers een kans te geven bleek al vaker, want Balotelli heeft twee uitstekende voorgangers. In het seizoen 2012/2013 haalde de club Dario Cvitanich van Ajax. In Amsterdam werd de Argentijn voor 7,5 miljoen euro gehaald. Een transfersom die hij nooit waar heeft kunnen maken. Met Cvitanich als aanvalsleider behaalde Nice echter de hoogste positionering in jaren: vierde in de Ligue 1. Het leverde de allereerste plaatsing voor de Europa League in de geschiedenis op. De Argentijn eindigde dat seizoen met negentien doelpunten in 29 duels als tweede op de topscorerlijst achter Zlatan Ibrahimovic en is daarmee nog altijd de spits die het vaakst scoorde in één seizoen voor Nice. Na Lionel Messi was hij de vaakst scorende Argentijn in Europa. "Dus ben ik nummer één, want Messi is van een andere planeet", zei de spits er zelf over met een knipoog. Aan het begin van 2014 schoot hij zichzelf de geschiedenisboeken in door het allereerste doelpunt in het nieuwe Allianz Riviera-stadion te maken.
Speelstijl
Jeugdopleiding
Niet alleen het gedurfde transferbeleid maakt deel uit van het succes van Nice, ook de jeugdopleiding heeft een aandeel. Jonge spelers aangevuld met enkele routiniers: het is een succesrecept voor de ploeg gebleken. Maar liefst veertien spelers uit de eerste selectie zijn afkomstig vanuit de eigen jeugd. Een mooi voorbeeld is Yoan Cardinale. De jonge doelman, afkomstig uit de eigen jeugd, houdt zich prima staande in de Ligue 1. De ploeg van Favre kreeg tot nu toe slechts negen goals tegen. Een van zijn voorgangers is David Ospina: in 2008 werd hij overgenomen van Atlético National uit Colombia, maar de ruwe diamant werd in Nice geslepen en vervolgens in 2014 voor vijf miljoen euro verkocht aan Arsenal. Eerder doorliep Frankrijk-goalie Hugo Lloris overigens ook de jeugdopleiding bij Nice.
Met een gemiddelde leeftijd van 25 jaar heeft de ploeg een vrij jonge selectie, maar in elke linie kan Favre rekenen op de ervaring van een routinier. Het recept voor succes is er en de geschiedenis leert dat Nice in staat is om, in dagen waarin het piekt, mee te doen om de bovenste plaatsen in de Ligue 1. In combinatie met de klasse van een opgebloeide Balotelli kan het zo maar zijn dat Nice die vierde plaats dit seizoen gaat verbeteren. Of zoals de aanvaller het zelf zegt: "Nice, kampioen? Dat kan zeker gebeuren. Ik ben hier gekomen om iets te winnen."
[photo,100730,left,]
Je moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
Inloggen