Heldenrol Stekelenburg bij remise Everton tegen Man City

Nadat hij afgelopen maandag niet helemaal vrijuit ging na de nederlaag van Oranje in de WK-kwalificatiewedstrijd tegen Frankrijk (0-1) nam Maarten Stekelenburg zaterdag sportieve revanche. De keeper van Everton keerde in het uitduel met Manchester City twee keer een penalty. Mede daardoor pakte manager Ronald Koeman een punt (1-1) bij de koploper, waar zijn goede vriend Pep Guardiola eindverantwoordelijke is.

Koeman en Guardiola speelden in het verleden samen bij FC Barcelona en waren in die tijd zelfs kamergenoten van elkaar. Zaterdag stonden ze in het Etihad Stadium in Manchester als manager van respectievelijk Everton en Manchester City tegenover elkaar. Stekelenburg onderscheidde zich twee minuten voor de rust voor de eerste keer. Na een overtreding van Phil Jagielka op David Silva mocht Kevin De Bruyne aanleggen voor een strafschop, die door Stekelenburg uit de rechterhoek werd geramd.

Twintig minuten voor tijd kende de arbitrage Manchester City weer een penalty toe, opnieuw na een overtreding van Jagielka. Ditmaal haalde de verdediger Sergio Agüero onderuit. Het slachtoffer nam zelf plaats achter de bal, maar ook hij zag Stekelenburg het speeltuig keren. Drie minuten daarvoor was Everton bovendien al op 0-1 gekomen. Na een snelle uitbraak rondde Romelu Lukaku af met een schot in de verre hoek, nadat hij Manchester City-verdediger Gaël Clichy duidelijk de baas was geweest in een onderling duel. Twee minuten na de gemiste strafschop van Agüero wist Manchester City dan toch te scoren. Nolito kopte uit een voorzet van David Silva de 1-1 in het doel.

Manchester City heeft nu negentien punten uit acht wedstrijden. Daardoor is het niet langer alleen de lijstaanvoerder in Engeland. Arsenal kwam langszij met een 3-2 thuiszege op Swansea City, waar Leroy Fer in de basis stond en Mike van der Hoorn op de bank bleef. Theo Walcott zette Arsenal binnen 33 minuten met twee treffers op een 2-0 voorsprong. Mesut Özil maakte in de 57ste minuut de derde Arsenal-goal (3-1). Via Gylfi Sigurdsson (2-1) en Borja Bastón (3-2) kwam Swansea City twee keer terug in de partij, maar een punt zat er niet in voor de Welshmen. Arsenal speelde het laatste kwart met tien man, nadat Granit Xhaka een directe rode kaart had gekregen wegens een overtreding op Modou Barrow op het middenveld om een counter eruit te halen.

Tottenham Hotspur, voor de interlandperiode nog te sterk voor Manchester City, had de koppositie kunnen overnemen. De Londenaren kwamen met Vincent Janssen in de basis en Michel Vorm op de bank echter niet verder dan een 1-1 gelijkspel bij middenmoter West Bromwich Albion. Voormalig FC Twente-speler Nacer Chadli bracht West Brom in de 82ste minuut aan de leiding, Dele Alli redde zeven minuten later het punt voor The Spurs.

Wat zaterdagmiddag vooral in het oog sprong in de Premier League, was de 6-1 overwinning van AFC Bournemouth op Hull City. Na veertig minuten stond het nog 1-1 in het Vitality Stadium, maar daarna liep de thuisclub via Junior Stanislas (2x), Steve Cook, Callum Wilson en Dan Gosling uit naar een riante overwinning. Nathan Aké bleef op de bank bij Bournemouth. Door twee doelpunten van Joe Allen voor rust won Stoke City in het eigen Bet365 Stadium de kelderkraker tegen Sunderland met 2-0. Erik Pieters en Bruno Martins Indi stonden in de basis bij Stoke City, Patrick van Aanholt verscheen aan de aftrap bij Sunderland.