Het spel van het Nederlands elftal oogde tegen Zweden negentig minuten lang een stuk frisser dan de afgelopen tijd. Maar het missen van kansen brak Oranje op tegen Zweden. Een dure fout van Kevin Strootman betekende een 1-0 achterstand, die ongedaan werd gemaakt door de geweldig spelende Wesley Sneijder. Het spel biedt hoop voor de komende wedstrijden. De rapportcijfers zijn echter wisselvallig, omdat enkele spelers niet hun gewenste niveau haalden.
Jeroen Zoet – 6,5
Net zoals tegen Griekenland stond niet Jasper Cillessen, maar Jeroen Zoet onder de lat tegen Zweden. Bondscoach Danny Blind heeft weinig redenen om te twijfelen aan de kwaliteiten van de PSV-doelman. Zoet had weinig te doen tegen Zweden. Hij voerde zijn taken naar behoren uit, maar was volkomen kansloos bij het doelpunt van Marcus Berg. De doelverdediger zag de spits met een stiftbal vanaf de rand van het strafschopgebied scoren.
Daryl Janmaat – 4
Als opkomende rechtsback liet Janmaat een povere indruk achter tegen Zweden. Zowel aanvallend als verdedigend presteerde de verdediger van Watford ondermaats. Zijn voorzetten kwamen niet tot nauwelijks aan, terwijl Janmaat verdedigend enkele malen eenvoudig te kijk werd gezet door een aanvaller van Zweden. Hij had wel een klein aandeel in het doelpunt van Oranje. Wesley Sneijder scoorde vanuit de rebound van zijn schot.
Jeffrey Bruma – 5
Heel bewust koos Zweden ervoor om de twee centrale verdedigers van het Nederlands elftal te laten opbouwen. Beide mandekkers slaagden er nauwelijks in om het speltempo van achteruit op te schroeven. Het passingspercentage van Bruma lag net zoals bij Virgil van Dijk rond de vijftig procent. Een kritisch punt voor de Wolfsburg-speler om de komende periode aan te werken.
Virgil van Dijk – 6
Van Dijk was, net zoals Bruma, in de opbouw ondermaats. Het tempo van de verdediger van Southampton lag te laag en ook de zuiverheid in zijn passing liet te wensen over. Verdedigend stond hij echter wel zijn mannetje. Met zijn fysieke gesteldheid was hij de aanvallers van Zweden geregeld de baas en met een kopbal voorkwam hij vlak na rust dat Zweden het duel al op slot gooide met de 2-0.
Daley Blind – 6,5
De zoon van de bondscoach speelde, zoals hij afgelopen seizoen zo vaak deed bij Manchester United, een degelijke wedstrijd. Er viel weinig aan te merken op de linksback van het Nederlands elftal. De linkspoot wordt steeds meer een betrouwbare factor.
Kevin Strootman – 4
Het is duidelijk dat Kevin Strootman nog niet zijn topvorm te pakken heeft. Als verdedigende middenvelder én aanjager hoort hij Oranje aan te sturen. Hij kondigde na de nederlaag tegen Griekenland aan dat de grote spelers op moesten staan, maar uitgerekend hij ging gigantisch in de fout. Op de rand van de strafschopgebied verloor Strootman de bal, waarna Marcus Berg in staat was het openingsdoelpunt te maken.
Davy Klaassen – 5
Eigenlijk speelde Davy Klaassen helemaal geen verkeerde wedstrijd. De middenvelder van Ajax stond telkens op de goede plek en wist aanvallend zijn stempel te drukken. Maar op dit niveau moeten alle grote kansen een doelpunt zijn. Klaassen kreeg tegen Zweden drie opgelegde kansen om Nederland naar een eenvoudige zege te schieten. Het lukte de Ajacied niet om de bal tegen het net te krijgen, waardoor Oranje met een gelijkspel van het veld stapte. Een speler als Klaassen kan zich dat niet permitteren.
Je hebt van die spelers waarbij je jezelf na een wedstrijd afvraagt of hij wel op het veld stond. Dat was ook het geval bij Georginio Wijnaldum. De Liverpool-speler kwam nauwelijks in het spel voor. Het was van Blind dan ook een logische beslissing om hem in de tweede helft te wisselen voor Bas Dost, zodat er meer aanvallende druk zou komen in de slotfase.
Wesley Sneijder – 8,5
Er was maar één speler die er tegen Zweden met kop en schouders bovenuit stak: Wesley Sneijder. Als hangende linksbuiten kreeg hij een vrije rol en dat beviel hem prima. Sneijder strooide ouderwets met heerlijke passes, schoot enkele malen gevaarlijk op doel en liet het Nederlands elftal een stuk beter spelen. Niet voor niets werd hij zelfs door het thuisland uitgeroepen tot man van de wedstrijd. Zijn doelpunt was de beloning voor een persoonlijk uitstekende pot.
Vincent Janssen - 6,5
Het is duidelijk dat Vincent Janssen voorlopig de eerste spits is voor het Nederlands elftal. Bas Dost staat achter hem als stand-in, of naast hem in een breder bezette voorhoede. Janssen werkte zich een slag in de rondte tegen Zweden, maar kreeg daarbij weinig hulp van zijn maatjes voorin. Bovendien moesten de voorzetten van de zijkant vooral van de matig spelende Janmaat komen. Janssen viel dan ook weinig te verwijten tegen Zweden. Hij creëerde enkele keren door een individuele actie gevaar voor het doel van de tegenstander.
Quincy Promes – 5
Wie de ideale vleugelspeler is voor het Nederlands elftal, is ook dinsdagavond niet duidelijk geworden. Promes slaagde er weinig in om met een actie zijn tegenstander voorbij te komen. Een gevaarlijke voorzet of een schot op doel zat er dan ook niet in voor de aanvaller van Spartak Moskou. De aanvaller moet met Steven Berghuis en straks Arjen Robben gaan uitmaken wie de beste vleugelspelers zijn voor Oranje. De Promes van Spartak en de Promes van Nederland, het blijft een wereld van verschil.
Bas Dost en Steven Berghuis speelden te kort om in aanmerking te komen voor een beoordeling.
Je moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
Inloggen