Interview: de ellende is eindelijk afgelopen voor Namli

Younes Namli streek in januari 2015 neer bij sc Heerenveen, maar de 22-jarige aanvallende middenvelder wachtte nog altijd op zijn eerste volle negentig minuten in het pompeblêdenshirt. Tot dit weekend, aangezien de Deen vrijdagavond de hele wedstrijd speelde tegen FC Utrecht (2-2). FCUpdate.nl sprak met Namli over het einde van een zware periode.

Het mooiste wat er is

We lieten Namli kiezen: Engels of Nederlands. De Deen, nu anderhalf jaar in Friesland, koos voor de tweede optie en het viel meteen op dat hij al vloeiend Nederlands praat. De offensief ingestelde middenvelder, in februari 2015 overgenomen van het Deense AB, was voorafgaand aan het nog prille seizoen tot slechts vijftien optredens (twee basisplaatsen) voor zijn Friese werkgever gekomen, maar maakte nu dus voor het eerst de negentig minuten vol bij Heerenveen.

Steun

Als Namli terugdenkt aan de periode met zijn blessureleed, dan voelt hij nog steeds de pijn. "Ik was vorig jaar bijna de hele tijd geblesseerd", aldus de Scandinaviër, die geplaagd werd door buikspierproblemen. "Het was de eerste keer dat ik echt lang geblesseerd was. In de jeugd ben ik eigenlijk ook nooit echt geblesseerd geweest. Het was daarom nogal raar voor mij. Maar het hoort helaas bij het voetbal."

Mede dankzij zijn omgeving kwam Namli er bovenop. "Ik had veel steun van familie, vrienden, teamgenoten en de staf. Dat was heel belangrijk voor mij. De periode was heel vervelend, maar ik heb geprobeerd om zo sterk mogelijk terug te komen", stelt de middenvelder. "Gelukkig is de ellende nu afgelopen. Ik voel me vrij en ben weer écht een voetballer."

Geduld

 Namli staat te boek als een groot talent, maar wil de lat niet meteen te hoog leggen voor zichzelf. "Ik heb natuurlijk nog wel even de tijd nodig om helemaal in het ritme te komen. Dat gebeurt niet zomaar, na twee wedstrijden. Het heeft tijd nodig. Ik ben nog niet helemaal honderd procent, maar ik ben er bijna. Op hoeveel procent ik nu precies zit, is lastig te zeggen."

Door: Koen Jans

[photo,99875,left,]