Het Nederlands elftal is er opnieuw in geslaagd om een oefenwedstrijd te winnen van een EK-ganger. In het Ernst Happel Stadion werd Oostenrijk, dat teleurstelde voor eigen publiek, met 0-2 verslagen. Vincent Janssen en Georginio Wijnaldum tekenden voor beide treffers.
Tegen Polen liet de ploeg van bondscoach Danny Blind bij vlagen al zien dat het, ondanks de uitschakeling voor het EK deze zomer, wel wat wil laten zien in de vriendschappelijke reeks. Er moeten goede resultaten geboekt worden om vertrouwen te tanken, om te kunnen bouwen aan een sterke selectie voor de kwalificatie voor het WK in 2018. Dat lukte niet tegen Ierland, maar wel op bezoek bij Polen (1-2).
In Wien was het zaak om die 'lijn' door te trekken, tegen opnieuw een EK-deelnemer. Oostenrijk is net als Polen een elftal met een aantal sterkhouders, in de naam van onder meer Marko Arnautovic, Julian Baumgartlinger en David Alaba. Veel spelers komen uit in de Bundesliga en zijn fysiek topfit.
Al binnen tien minuten resulteerde dat in een voorsprong. AZ-spits Janssen liet opnieuw zien waarom hij in de ogen van Blind de eerste spits van Oranje is. De topscorer van de Eredivisie mocht in alle vrijheid binnenkoppen uit een hoge voorzet: 0-1. Waar het op het eerste gezicht leek op buitenspel, was het simpelweg de Oostenrijkse defensie die stond te slapen.
Een kwartier voor tijd leidde dat tot de beslissing in Wien. Luuk de Jong, vers in de ploeg voor Janssen, was meteen positief aanwezig voorin en betrokken bij de 0-2, die op naam kwam van Wijnaldum. In en tegen Polen was hij ook al trefzeker.
Het enige minpuntje van de avond was een late botsing tussen Zlatko Junuzovic en Jeroen Zoet, waarbij de doelman van PSV geblesseerd raakte aan zijn knie. Hij kon niet verder en werd vervangen door Jasper Cillessen voor de slotfase. Een nieuwe zege in een uitduel voor Blind en zijn mankrachten dus, en zonder twijfel de sterkste wedstrijd in de afgelopen reeks.
Je moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
Inloggen