Ajax leek zaterdag met SC Cambuur als tegenstander voor de minst lastige hobbel te staan in de beslissende weken van de titelstrijd. De koploper kwam tegen de drager van de rode lantaarn echter kleurloos voor de dag en zocht lang naar een gaatje in de Friese defensie. Davy Klaassen, de maker van het eerste en uiteindelijk enige doelpunt, beseft dat zijn ploeg goed is weggekomen.
Een te laag baltempo, matige veldbezetting en nauwelijks dreiging. Het typeerde Ajax in de dertigste speelronde van de Eredivisie, waarin de Amsterdammers een marge van twee punten verdedigden op de enige titelrivaal PSV. Kansen waren bijzonder schaars, waardoor een doelpunt van Ajax tegen Cambuur geruime tijd totaal niet in de lucht hing. Als een duveltje uit een doosje vond Klaassen na een uur spelen tóch het net. Even daarvoor had Cambuur nog een grote kans gemist via Jergé Hoefdraad.
Klaassen zag Ajax in de tweede helft beter presteren. Daarbij had trainer Frank de Boer een gelukkige hand van wisselen door Anwar El Ghazi in te brengen voor Lasse Schöne. Slechts enkele minuten na die ingreep verzorgde de invaller de assist bij het doelpunt van Klaassen. "In de tweede helft hebben we meer druk gezet. De veldbezetting was beter en we kregen de bal vaker voorin", aldus Klaassen. "Uiteindelijk hadden we vaker moeten scoren, maar dat kwam vooral omdat Cambuur ruimte achterin begon weg te geven."
"De meeste mensen dachten dat we het makkelijk zouden krijgen tegen Cambuur, maar het tegendeel is waar gebleken. Zo leren we nog steeds, al mag dat geen excuus zijn voor ons tegenvallende optreden", stelt Klaassen. "We deden het natuurlijk niet goed. De ondersteuning voor onze aanvallers ontbrak. Dat was vorig seizoen ook al een probleem. Maar we hebben daarnaast gelukkig ook geregeld laten zien dat we beter kunnen voetballen. Dat niveau zullen we in de laatste vier competitiewedstrijden weer moeten bereiken."
Je moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
Inloggen