ORANJE FLIKT HET IN DE SLOTFASE: 2-1

Het was al bijna afgelopen, Oranje stond met één been in het vliegtuig terug naar Nederland. Maar het WK 2014 zit er nog niet op, zeker niet. Een ongelooflijke slotfase hielp de ploeg van coach Louis van Gaal zondag langs Mexico. Wesley Sneijder maakte in de 87ste minuut de 1-1, nadat Giovani dos Santos de Mexicanen op voorsprong gezet had, Klaas-Jan Huntelaar schoot Oranje in blessuretijd vanaf elf meter naar de kwartfinale.

Onterecht kan de overwinning van Oranje niet genoemd worden, absoluut niet. Maar wat scheelde het weinig of Nederland had in Fortaleza een streep kunnen zetten door zijn WK-droom. Met nog een minuut of drie te gaan in de reguliere speeltijd stond het nog altijd 0-1 voor Mexico, nadat Dos Santos de score vlak na rust geopend had met een fraai schot. Oranje stond op breken, maar vond nog energie voor een ultiem slotoffensief. Sneijder maakte gelijk door een afgeslagen corner hard binnen te schieten, een rush van uitblinker Arjen Robben zorgde daarna voor de beslissing. Hij werd gevloerd en de toegekende strafschop werd benut door Huntelaar.

Oranje gaat dus door en verdient de overwinning op basis van de tweede helft volledig, maar voor rust was het mager wat de ploeg van coach Van Gaal op de mat legde. In de eerste vijftig minuten liet Nederland vrijwel niets zien en bepaalde Mexico was er gebeurde. Maar hoe matig het spel van Oranje ook was, het mocht zich benadeeld voelen over de tussenstand na 45 minuten. Want vlak voor rust, na een slippertje in de Mexicaanse defensie, tikte Robin van Persie de bal naar Arjen Robben. De aanvaller leek erdoor, maar werd de voet dwars gezet door Hector Moreno en Rafael Marquez. Letterlijk, want beide verdedigers raakten alleen de speler en niet de bal. Oranje had een strafschop moeten krijgen, maar arbiter Pedro Proença liet doorspelen.

Een eventuele voorsprong was niet verdiend geweest, maar dat had even niet uitgemaakt. Oranje had een meevaller wel kunnen gebruiken, want tot dat moment zat het vooral tegen Fortaleza. Het begon al met de temperatuur, die veel hoger was dan de voorgaande dagen en weken. Het was zo warm, dat de FIFA zich genoodzaakt zag om voor het eerst dit WK een officiële drinkpauze in te lassen, na 30 en 75 minuten. Maar die drinkpauzes namen niet weg dat de omstandigheden loodzwaar en in het nadeel van Nederland waren.

De tweede domper volgde negen minuten nadat Proençe de wedstrijd op gang gefloten had. Nigel de Jong bleek te veel last van zijn lies te hebben om door te kunnen spelen en moest worden vervangen. Voor de fysiek sterke middenvelder kwam Bruno Martins Indi, waardoor Daley Blind opschoof naar het middenveld. Een flinke aderlating voor Oranje, zeker ook omdat coach Van Gaal hierdoor al heel vroeg in de wedstrijd al één wisselmogelijkheid kwijt was. Met Blind op de plek van De Jong leverde Oranje flink in, fysiek en voetballend. Dat bleek ook bij de 0-1 voor Mexico, die vlak na rust viel. De Ajacied greep onvoldoende in toen Giovani dos Santos oprukte richting het strafschopgebied en de Mexicaanse aanvaller schoot fraai raak.

De treffer van Mexico was voor Van Gaal het signaal om de boel om te gooien. Memphis Depay kwam erbij, de kleurloos spelende Paul Verhaegh ging eruit. Oranje schakelde over op 4-3-3, Dirk Kuyt werd de nieuwe rechtsback. Bijna leverde de omzetting meteen succes op, maar twee keer miste Oranje net een beetje geluk. Stefan de Vrij kon een corner van dichtbij binnen tikken, maar zijn inzet ging via de Mexicaanse keeper Guillermo Ochoa tegen de paal. Even leek dwarrelde een van richting veranderd schot van Wesley Sneijder net langs de verkeerde kant van het houtwerk. Oranje vocht voor wat het waarde was en viel aan, maar het leek er niet in te zitten. Uitschakeling was dichtbij, heel dichtbij. Tot de 87ste minuut aanbrak en Fortaleza alsnog oranje werd.