Ajax voegt zich na bliksemstart bij laatste acht

Ajax heeft donderdag zonder zich al te zeer te hoeven inspannen de kwartfinales van de KNVB Beker bereikt. De ploeg van trainer Frank de Boer stond tegen IJsselmeervogels al snel met 2-0 voor en kwam vervolgens geen moment meer in de problemen tegen de amateurs uit Spakenburg.

Met name de vleugels van Ajax speelden in de eerste helft een hoofdrol. Rechtsbuiten Bojan was de linksachter van de IJsselmeervogels keer op keer te snel af, terwijl zijn collega aan de linkerkant, Viktor Fischer, het voortdurend aan de stok kreeg met verdediger Tol. Het duo was ook betrokken bij de vroege 1-0. De Spanjaard was in de 3e minuut vanaf rechts de aangever, de Deen bij de tweede paal de afmaker.

Al in de 9e minuut vond Ajax opnieuw het net. De Vogels verdedigden slordig uit, waarop de in de spits gestartte Danny Hoesen zomaar mocht uithalen. Hij deed dat hard en zuiver: 2-0.

Een monsterscore leek in de maak, maar niets was minder waar. De IJsselmeervogels kropen uit hun schulp en beten zo nu en dan moedig van zich af. Met name puntspeler Verheijdt ging nadrukkelijk op zoek naar de aansluitingstreffer, maar verder dan een kopbal (over) en een schot van afstand (op het dak van het doel) kwam hij niet. Ajax liet de bal rustig rondgaan en bereikte zonder kleerscheuren de rust.

Onder aanvoering van de 8.000 fanatieke supporters op sportpark De Westmaat in Spakenburg kwam IJsselmeervogels in de tweede helft fel uit de startblokken. Kenneth Vermeer, die Jasper Cillessen verving in het Ajax-doel, moest af en toe handelend optreden.

Maar alle inspanningen ten spijt waren het de Amsterdammers die in de 63e minuut weer het net vonden. Fischer maakte op prachtige wijze zijn tweede van de avond door de bal van veraf in de rechterbovenhoek te plaatsen. Het doelpunt bleek de doodsteek voor IJsselmeervogels. De Amsterdammers koesterden in het laatste kwart het balbezit en lieten tegelijkertijd nog een aantal grote kansen onbenut. Een bijzonder moment was er tenslotte nog voor de 17-jarige Jaïro Riedewald, die van trainer Frank de Boer zijn officiële debuut mocht maken in het Ajax-shirt.