Om de financiering van prijzige voetballers rond te krijgen, kan zeker de helft van de eredivisieclubs rekenen op de steun van externe geldschieters. Deze investeerders participeren in spelersfondsen, waardoor de clubs veel meer mogelijkheden hebben rondom het aantrekken van voetballers. Dit blijkt uit een inventarisatie van De Volkskrant.
De clubs die gebruik maken van een dergelijk fonds zijn FC Groningen, FC Twente, Feyenoord, PEC Zwolle, FC Utrecht, Heracles en Cambuur. Roda JC en NEC kunnen ook rekening op externe financiële ondersteuning, ware het niet dat het bij deze clubs anders geconstrueerd is. Bij Roda zijn er zes anonieme geldschieters, terwijl NEC ook een aantal geldschieters heeft, waaronder miljardair Marcel Boekhoorn zich bevindt.
Zonder de geldschieters zou de Eredivisie een stuk minder topspelers tot haar beschikking hebben. Zo is de komst van FC Twente-spelers Felipe Gutiérrez, Dusan Tadic en Jesús Corona en PEC-Zwolle Mateusz Klich en Kamohelo Mokotjo bijvoorbeeld mede mogelijk gemaakt door investeerders. Overigens wordt de financiële steun niet alleen gebruikt om transfers te bekostigen. Zo bleef Feyenoord, mede door investeerders, een financiële ondergang bespaard.
Bij een dergelijk spelersfonds wordt een deel van de spelersrechten opgekocht. Bij de meeste clubs die gebruik maken van dit fonds wordt ervoor gekozen om er de hele selectie in onder te brengen.
Je moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
Inloggen