Spanje ligt nog altijd op koers voor de derde grote titel op rij. De regerend Europees én wereldkampioen trof in de kwartfinale van dit EK met Frankrijk een tegenstander waarvan het nog nooit gewonnen had op een eindtoernooi, maar maakte fluitend een eind aan die negatieve reeks. Door twee doelpunten van Xabi Alonso, waarvan één in de slotminuut vanaf elf meter, werd een zeer zwak Frankrijk met 2-0 verslagen.
Was het angst? Of kwam het door een gebrek aan vorm of vertrouwen? De speelwijze van Frankrijk tegen Spanje wekte zaterdag nogal wat verbazing op. De ploeg, die toch gezien werd als één van de grote outsiders voor de Europese titel, stelde zich tegen de wereldkampioen op als een voetbaldwerg. Het op papier grote voetballand trok zich massaal terug op eigen helft en keek toe hoe Spanje de bal rond speelde. Geen verstandige tactiek, zeker omdat het al vrij snel 0-1 stond. Xabi Alonso kopte na negentien minuten een voorzet van Jordi Alba, die goed langs zijn man snelde, in.
Die 0-1 was voor Frankrijk geen reden om van speelwijze te veranderen. Het bleef tegenhouden en straalde geen moment uit dat het geloofde in een goede afloop.
Het enige dat Spanje te verwijten viel, is dat het relatief weinig kansen creëerde. Ondanks het vele balbezit bleef het lang 1-0, waardoor de wedstrijd op papier spannend bleef.
Maar Frankrijk, dat in het laatste half uur wel iets aanvallender ging spelen, was veel te zwak en slordig om de tegenstander aan het wankelen te brengen. Spanje tikte de bal rustig rond en besliste de partij definitief in de laatste minuut van de reguliere speeltijd. De bal ging op de stip na een struikelpartij van invaller Pedro en Xabi Alonso tekende vanaf elf meter voor zijn tweede doelpunt van de avond.
Voor Frankrijk rest hierdoor een roemloze afgang, Spanje mag door naar de halve finale. Daarin mag Portugal proberen om de Spanjaarden af te houden van een derde grote finale op rij. Beide landen staan komende woensdag tegenover elkaar.
Je moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
Inloggen