Na afloop van FC Utrecht-Liverpool raakte ik, in het pendelbusje terug naar de parkeerplaats voor pers, aan de praat met een fotograaf. De beste man had die avond van zijn baas maar één opdracht gekregen: volg Fernando Torres. De hele wedstrijd.
Het doel was ongetwijfeld om op deze Europa League-avond zo veel mogelijk verschillende foto's van Torres te krijgen. Een aantal in volle sprint, een aantal in duel, een aantal terwijl en hij uithaalt en het liefst ook een aantal terwijl hij aan het juichen is. Het liep voor de fotograaf uit op een ramp. Hij volgde Torres negentig minuten lang, maar de Spanjaard deed niets. Geen sprint, geen duel, geen schoten op doel en al helemaal geen reden om te juichen: Torres stond negentig minuten voor spek en bonen op het veld en straalde aan alle kanten uit dat hij er geen zin in had.
De fotograaf had zich de hele wedstrijd zitten storen aan het gedrag van Torres. "Pas als je hem negentig minuten volgt, zie je hoe weinig hij doet”, mopperde hij.
Torres mocht blijven staan omdat het anders zo sneu voor hem was. Bovendien is hij de man van 59 miljoen. Want inderdaad, een paar maanden na zijn wanprestatie in de Galgenwaard besloot Roman Abramovich dat hij een nieuwe spits wilde bij Chelsea. En dus werd het Torres van rivaal Liverpool. Geld? Geen probleem. Dat Torres al ruim een jaar amper een fatsoenlijke wedstrijd gespeeld had, was ook geen probleem. Abramovich wilde Torres en dus kreeg hij Torres.
Torres werd in de winter voor 59 miljoen euro naar Chelsea gehaald omdat de steenrijke Abramovich eindelijk eens de Champions League wil winnen. Maar om dat te bereiken, kan het volgende week op Old Trafford beter zonder Torres spelen. Drogba in de punt, Malouda, Anelka en eventueel Kalou er omheen. Dat kan de defensie van Manchester United misschien verrassen. Deze Torres zeker niet.
Roland Mather
Twitter: @rolandmather
Je moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
Inloggen