Met voetbal dat deed denken aan fantastische optredens van Barcelona overklaste het Nederlands elftal vrijdagavond Hongarije (0-4). De eindstand stond in Boedapest al na ruim een uur voetballen op het scorebord.
Tegenstander Hongarije zag de bal over korte afstand razendsnel van voet naar voet gaan. "Ole’’ scandeerden de 1500 meegereisde aanhangers op een gegeven moment na ieder balcontact. In de tweede helft gebeurde dat zeker twintig keer vlak achter elkaar. En dat terwijl Oranje zonder potentiële basisspelers als Mark van Bommel, Arjen Robben, Klaas-Jan Huntelaar en Maarten Stekelenburg aantrad.
"Dat het verschil zo groot was, hadden we niet verwacht", stamelde een ontgoochelde Balazs Dzsudzsak terwijl hij zich voor het stadion door zijn vriendin liet troosten. "Ik heb eigenlijk helemaal geen zin om hier over te praten." Het was alsof de speler van PSV besefte dat hij zo maar eens in de voetsporen van de Fin Jari Litmanen of Ryan Giggs uit Wales kan treden. Allebei fantastische voetballers, maar een WK of EK volgden ze voor de televisie.
Dzsudzsak kon niet voorkomen dat zijn directe tegenstander Gregory van der Wiel het tweede doelpunt van Ibrahim Afellay en de vierde treffer van Robin van Persie voorbereidde. Na de openingstreffer van Rafael van der Vaart en het derde doelpunt van Dirk Kuijt schudde hij meewarig het hoofd. "We hadden ruimer kunnen verliezen", besefte Dzsudzsak.
Je moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
Inloggen