Ajax heeft zichzelf een slechte dienst bewezen door woensdagavond de uitwedstrijd tegen Auxerre met 2-1 te verliezen. Bij een zege was de Amsterdamse club zeker geweest van de derde plaats in de groep G van de Champions League, die recht geeft op Europese overwintering.
De huidige nummer drie van de Eredivisie wist, in tegenstelling tot het gewonnen thuisduel met Auxerre (2-1), lange tijd geen controle over de wedstrijd te krijgen. Trainer Martin Jol moest vanaf de kant constateren dat zijn elftal onrustig acteerde. Daarnaast leed Ajax veelvuldig balverlies, mede omdat Auxerre de ruimtes klein hield. Voor de pauze zorgden alleen Demy de Zeeuw (volley net naast) en de met zijn vorm worstelende Luis Suarez (schot voorlangs) nog voor Amsterdams gevaar.
Na de komst van De Jong ging het spel van Ajax zienderogen vooruit. De manschappen van Jol schroefden het tempo omhoog en drukten Auxerre terug op de eigen helft. Vlak nadat vleugelspeler Miralem Sulejmani in de 59e minuut Anita had afgelost, verzekerde Ajax zich bijna van de gelijkmaker. Uit een voorzet van Gregory van der Wiel kopte Suarez de bal vol op de lat. De Amsterdammers zagen het speeltuig daarna ook nog eens twee keer door de Franse defensie van de doellijn worden gehaald.
Ajax verliet zodoende voor de derde keer het stadion van Auxerre met een nederlaag. In 2005 verloren de Amsterdammers onder leiding van trainer Ronald Koeman met 3-1, waarna hij zijn contract inleverde. Op 3 maart 1993 ging Ajax met 4-2 onderuit. Stanley Menzo tikte de bal tijdens het duel in het eigen doel en had daarmee een groot aandeel in het verlies. Na die blunder moest de keeper plaatsmaken voor Edwin van der Sar.
Je moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
Inloggen